Zwembadverhaal uit Kameroen

Het eerste deel van mijn jeugd heb ik doorgebracht in het Afrikaanse land Kameroen. Regelmatig gingen wij als gezin logeren bij een zendingsstation, Ndoungué geheten. Daar was een ziekenhuis en daar waren heel veel scholen (agrarische, technische, theologische). In die tijd dat wij daar kwamen, eind jaren 60 begin jaren 70, werkten er veel Nederlands op dat zendingsstation. Mijn vader werkte ook voor de zending, maar wij woonden niet bij zoveel Nederlanders in de buurt. Dus in de vakantie’s zochten wij ze op om daar te logeren. Voor mij en mijn jongere zus altijd een bijzondere tijd om ook weer eens met Nederlandse vriendjes en vriendinnetjes te kunnen spelen.

In Ndoungué had je een zwembad gebouwd door een Franse arts. Voordat de Nederlanders er kwamen werken, hadden de Fransen daar het zendingsstation gebouwd. Of eigenlijk de Duitsers. Maar die waren na de Eerste Wereldoorlog weggestuurd uit Kameroen en de Fransen hadden het daar overgenomen. De Fransen op hun beurt waren in de tijden van dekolonisatie, toen alle koloniën zelfstandig werden, door de nieuwe eigen regering van Kameroen naar huis gestuurd.

Maar terug naar het zwembad.

Een Franse arts uit de koloniale tijd had in de tuin van zijn huis een best groot zwembad laten aanleggen. Voor zichzelf neem ik aan. Of misschien wilde hij er andere blanken ontvangen. Want de plaats van het zendingsstation, Ndoungué, ligt 250 km het binnenland in. In Kameroen (en ik denk in vele Afrikaanse landen) kunnen de mensen aan de kust zwemmen, heel goed zwemmen, maar in het binnenland kunnen ze dat niet. Dus dat zwembad in Ndoungué was niet bestemd voor de Afrikaanse mensen. Of hij had er zwemles willen geven. Maar dat denk ik niet. Het was echt nog een koloniale tijd (tot eind jaren ’50). De Afrikaanse mensen kwamen niet bij de blanken over de vloer, tenzij ze hun bediende waren. Ik heb zelfs een verhaal gehoord van een Franse zendeling die zijn eigen borden liet stuk gooien, nadat er Afrikaanse mensen van hadden gegeten. Het zwembad van deze Franse arts is echter een grote flop geworden. Ik vermoed dat er nooit water in heeft gestaan. Misschien in de regentijd. Maar in de droge tijd, als drinkwater al schaars was, een zwembad vullen…. Of de arts heeft het veld moeten ruimen, toen het zwembad net klaar was.

Wat dit zwembad met de oude buitenbaden in Haren gemeen heeft, is dat niet is opgeruimd. Maar blijven liggen en de tand des tijds en de natuur hebben vervolgens hun werk gedaan. In Haren zijn de baden gevuld met regenwater. Het zwembad van de Franse dokter in Ndoungué is gevuld met hoog gras, struikgewas en…… slangen. Dat was al zo in mijn jeugd en dat is nog steeds zo. Vorig jaar ben ik terug geweest in Kameroen om een documentaire op te nemen en ik wou weer even bij het zwembad kijken. Het lag er nog net zo bij. Net als vroeger nog steeds een slangenkuil. Slangen die je trouwens niet zag, maar iedereen waarschuwde je ervoor: ga er niet in. Slangen verstoppen zich in hoog gras en in dit zwembad was het extra gevaarlijk omdat ze er niet uit konden (als ze er eenmaal in terecht gekomen waren). Aan de zijkant was er wel een inloop stukje, bedoeld om langzaam het water in te lopen naar het diepe. Soms liepen we als kind daar een eindje in. Kijken hoe ver we durfden. Maar meestal speelden we met onze Nederlands vriendjes om het zwembad heen en renden we over de rand van de slangenkuil.

Het is gelukkig altijd goed gegaan. Maar voor de Franse dokter was zijn verblijf in Kameroen misschien wel een slangenkuil. Hij werd als koloniaal weggestuurd.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *